Ingezonden artikelen

We proberen zoveel mogelijk ingezonden stukken te verzamelen op deze plek. Heeft u nog artikelen in uw bezit? Scan of fotografeer ze en stuur ze in.

Oorspronkelijk verschenen in het Leidsch Dagblad, 8 mei 2019

Gezocht: Halfbroer of -zus

Ergens in 1942 of 1943 kreeg Reizla Silberg-Goldfarb in Leiden een kind. Omdat zij en haar man joods waren en illegaal in Leiden verbleven, werd het kind direct afgestaan. Reizla overleefde de oorlog, haar man niet. Zij hertrouwde en kreeg nog twee kinderen die nu na al die jaren op zoek zijn naar hun halfbroer of -zus.

De nu 68-jarige Wolf van den Hoek uit Diemen weet sinds tien jaar dat er nog ergens een familielid rondloopt of heeft rondgelopen. “Mijn moeder heeft het vlak voor zij stierf verteld aan mijn broer”, verteld Van den Hoek. Op dat moment was dat nieuws geen aanleiding voor een zoektocht. “Ik dacht: dat is zoeken naar een speld in een hooiberg. Dus laat maar zitten.” In plaats daarvan ging hij op zoek naar andere personen uit de oorlogsgeschiedenis van zijn moeder. Bijvoorbeeld naar het meisje met wie zij later in de oorlog op een eilandje bij het Noord-Hollandse St. Pancras zat ondergedoken en naar de ‘foute’ Leidse bakker bij wie de eerste man van zijn moeder in de Leidse tijd de kost verdiende als broodbezorger, zogenaamd als niet-joodse Duitser. Dat laatste wilde maar niet lukken, ondanks hulp van een bevriende Leidenaar. “Toen ik tegen hem zei dat mijn moeder in Leiden ook nog een kind had gekregen en afgestaan, zei hij: wat zit je nou te emmeren met je bakker? Moet je niet op zoek naar die halfbroer of- zus?”

Over het afgestane kind van zijn moeder weet Van den Hoek maar heel weinig. Hij weet wel dat zijn moeder en haar man in die tijd een huis huurden aan de Zoeterwoudsesingel en dat zij getuige waren van de ontruiming van het joodse weeshuis in maart 1943. “Ik weet niet op welk nummer ze woonden. We zijn wel de huizen op de Zoeterwoudsesingel langs gelopen om te kijken waar ze eventueel zicht hebben gehad op het weeshuis.” “Als die halfbroer of -zus nog leeft, is die nu zo’n 76 jaar oud. Misschien woont hij of zij nog in Leiden. Maar het zou ook zo maar Chicago kunnen zijn, om maar eens wat te noemen.” Of het zal lukken? “Misschien is er iemand die meer informatie heeft. Of misschien is hij of zij zelf ook op zoek. Mijn vader is er ooit in geslaagd om de zoon van zijn zus op te sporen die ook na de geboorte was afgestaan. Soms lukt het.”

Lees het volledige artikel hier en hier.
Oorspronkelijk verschenen in het Leidsch Dagblad, 8 mei 2019.